20 August 2015 Ruud Houdijk

Operationele leiding #GHOR2020: netwerken

Stelling: voor operationele leiding over de geneeskundige hulpverlening zijn netwerkafstemming en informatie-uitwisseling veel belangrijker dan hiërarchische leiding of noodbevoegdheden


De rampenbestrijding en crisisbeheersing bestaat traditioneel uit vier hoofdkolommen: brandweer, politie, bevolkingszorg (gemeenten) en de geneeskundige keten, ook wel bekend als de “witte kolom”. Je kunt je in dit verband afvragen of het woord kolom wel op zijn plaats is. Kolom suggereert een hiërarchisch geheel, terwijl de zorg een netwerk  – op onderdelen een keten – van veelal private organisaties is. Qua sturingsfilosofie is de zorgsector moeilijk vergelijkbaar met de brandweer en politie. De zorg bestaat uit private zorginstellingen (ziekenhuizen, GGZ, verpleeghuizen) en zorgaanbieders (huisartsen), gefinancierd uit zorgverzekeringspremies. Enige uitzondering binnen de geneeskundige keten zijn de Gemeentelijke Gezondheidsdiensten (GGD), een publiek gefinancierd “openbaar lichaam” (overheidsorganisatie). Ook de ambulancezorg, toch een vertrouwde collega-hulpdienst van brandweer en politie, wordt uit zorgpremies gefinancierd, zij het dat deze wordt uitgevoerd door zowel diensten in private als in publieke handen. De brandweer en politie daarentegen zijn 100% publiek georganiseerd en gefinancierd en hebben dagelijks en grootschalig optreden in één hand. Zij kennen bovendien een duidelijk hiërarchische structuur, die past bij zowel hun dagelijkse als opgeschaalde werkzaamheden en zelfs tot uiting komt in rangen met strepen, balken, sterren en eikenloof. Ziehier de uitdaging voor de DPG en de GHOR: hoe geef je, als het eropaan komt, publieke sturing aan een netwerk van partijen waarover je onder normale omstandigheden weinig te zeggen hebt en die bovendien doorgaans wars zijn van hiërarchische sturing door de overheid? In ieder geval niet door bij de voorbereiding zorgpartijen op hun eigen verantwoordelijkheid te wijzen en als het dan zover is en er zich een incident voordoet meteen vanaf het eerste moment met noodbevoegdheden te gaan lopen zwaaien. Nu zal er geen DPG zijn die dat doet; het is eigenlijk maar zeer de vraag hoe vaak het echt voorkomt dat een DPG of het “bevoegd gezag” een aanwijzing aan de zorg geeft. Aanwijzingen passen niet in de Nederlandse bestuurscultuur. Maar bij de andere kolommen kan er wel onbegrip zijn over hoe sturing binnen “wit” nu precies verloopt. Het begrip operationele leiding geeft een inkleuring en wekt verwachtingen die wellicht verkeerd zijn. Daar waar brandweer en politie aan hun eenheden bevelen geven, richt de GHOR zich primair op het informeren van netwerkpartners. Ziekenhuizen krijgen zo snel mogelijk een voorwaarschuwing, zodat zij zelf kunnen beslissen of ze wel of niet intern opschalen. Ook bij bijvoorbeeld een pandemie gaat vaak de meeste energie zitten in informatie-updates voor de keten, zodat zij weten wat er aan de hand is en wat hun handelingsperspectief is.

Natuurlijk kent de GHOR een stafsectie binnen het ROT, die hard aan de slag gaat in nauwe samenspraak met de andere diensten. Binnen dat publieke domein zijn er wel degelijk opdrachten en hiërarchische lijnen. Dat gaat voor wit echter alleen op zolang je binnen de publieke kolom blijft (opdrachten van publiek aan publiek), of als het aankomt op bronbestrijding en extramurale hulpverlening op het rampterrein, alwaar de leidende principes van snelheid en orde in de chaos vragen om eenduidige sturing. Intramuraal heeft de “algemene kolom” weinig te zeggen en worden noodbevoegdheden zelden gebruikt. Dit geldt voor flitsrampen met slachtoffers, maar juist ook voor allerhande crises met (dreigende) impact op de zorg. Voor de DPG en zijn/haar Algemeen Commandant Geneeskundige Zorg is de kunst derhalve om twee talen en culturen te kunnen verbinden. Enerzijds deelname aan een publiek crisismodel waarbinnen publieke taal wordt gesproken (veel afko’s, vaktermen, bestuurlijk taalgebruik) en anderzijds een zorgketen waarin inhoudelijk gezag centraal staat en je met relevante informatie moet zien binnen te komen.

Stem

voor operationele leiding over de geneeskundige hulpverlening zijn netwerkafstemming en informatie-uitwisseling veel belangrijker dan hiërarchische leiding of noodbevoegdheden

Loading ... Loading ...

Deel deze blog
linkedintwittermail

Comment (1)

  1. Reactie denktank 4 september: EENS

    De discussie over ontkleurde operationeel leiders, die het hele gezag overnemen, speelt gelukkig niet in elke regio. Dit vraagstuk moet worden bezien vanuit het perspectief en belang van de burgemeester en niet vanuit een fictief belang van eenhoofdige command & control. De burgemeester wil ontzorgd worden. Hij/zij wil weten dat problemen opgelost worden door de daarvoor geëigende organisaties. In de zorgketen vindt dat inderdaad plaats door middel van de netwerkrelaties van de DPG en niet in de vorm van hiërarchische sturing door een operationeel leider. De formele noodbevoegdheden van het openbaar bestuur binnen de functionele kolom van de zorg zijn beperkt. De zorg is sowieso wars van bevoegdheden en bevelen. Zij zijn autonoom in hun afwegingen en het zorgstelsel wordt ook niet betaald door het lokale openbaar bestuur maar door de zorgverzekeraars. Als DPG moet je gezag aan de voorkant zien te verdienen door de keten te helpen smeden en stimuleren en niet door aan de achterkant met bevoegdheden te zwaaien.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *