Stelling: sterk multidisciplinair optreden vraagt sterke kolommen
Ook de crisisbeheersing als geheel beweegt zich meer in de richting van netwerken en afstemming. Jazeker, de burgemeester en de voorzitter van de veiligheidsregio beschikken over formele noodbevoegdheden, die ook bij tijd en wijlen worden toegepast, zij het spaarzaam. En jazeker, het moet helder zijn welk team en welke sectie zich met welke vraagstukken bezig houdt en binnen de kolommen moeten eenduidige commando’s kunnen worden uitgezet. Maar: crisisbeheersing op strategisch niveau is vooral ook wheelen & dealen tussen belangen van bronbestrijding, zorg voor de bevolking, vitale partners, bedrijven. En bestuurlijk afwegingen maken tussen de algemene keten en functionele ketens. Dergelijke belangenafwegingen horen maar op 1 plek thuis: bij het bevoegd gezag.
Het wordt veel gehoord in het veld, maar weinig opgeschreven: het lijkt soms wel alsof “multidisciplinair” een vijfde kolom aan het worden is. En dat terwijl, al sinds de opheffing van de BB in 1985, het hele basisprincipe van de rampenbestrijding is dat deze is opgebouwd vanuit de reguliere, dagelijkse capaciteiten van de vier kolommen. Wat ooit is begonnen als “coördinatie van de rampenbestrijding” (door de brandweer!) is inmiddels een steeds verder geprofessionaliseerd vakgebied van “ontkleurden” of “veelkleurigen”. En dat is natuurlijk ook goed. Dat heeft veel opgeleverd als het gaat om bijvoorbeeld het betrekken van vitale partijen of het integraal aanvliegen van thema’s als overstromingen of continuïteit van de samenleving. Chapeau. En ook ten tijde van een incident moeten er integrale afwegingen worden gemaakt, maar dat is niet hetzelfde als integrale sturing of zoiets als “unified command”. Ja, op het rampterrein moeten operationeel snel knopen doorgehakt kunnen worden, dus als er tegenstrijdige belangen zijn tussen bijvoorbeeld eigen veiligheid, bronbestrijding en hulpverlening aan slachtoffers, dan moet de Leider CoPI snel knopen kunnen doorhakken. Op strategisch niveau horen integrale afwegingen echter thuis op de tafel van het bevoegd gezag: burgemeester of voorzitter veiligheidsregio. Deze moeten zich laten adviseren door elk van de vier kolommen (voor zover deze betrokken zijn). Integrale strategisch-tactische sturing in een directe lijn van bevoegd gezag naar uitsluitend de “Regionaal Operationeel Leider” (ROL) doet geen recht aan de verschillende wettelijke stelsels en maatschappelijke belangen die de vier kolommen dienen (checks & balances!). Een multidisciplinair ROL kan niet de bevoegdheden in het kader van de Politiewet overnemen. Evenmin die voor de gemeentelijke processen, waar toch echt het eigen gemeentelijk apparaat (al of niet regionaal georganiseerd of ondersteund) verantwoordelijk voor blijft. En dus ook niet voor de witte kolom. De bevoegdheid van “operationele leiding over de geneeskundige hulpverlening” berust bij de DPG, evenals de leiding over de GGD. Alleen als elk van deze kolommen sterk georganiseerd is en ruimte heeft om haar eigen werk goed te doen, kan het totale samenspel goed werken. En als er op tactisch niveau in het ROT echt tegengestelde belangen worden geconstateerd tussen brandweerzorg, politiezorg, geneeskundige zorg en/of bevolkingszorg, dan maakt dat het betreffende vraagstuk al snel tot een strategische en dus bestuurlijke afweging. Het is dan niet de ROL die als een soort bestuurder de knoop zelf doorhakt. Nee, het vraagstuk wordt teruggelegd op de bestuurstafel, door elk diensthoofd voorzien van een advies en de bestuurder hakt de knoop door.
Stem
